Componist Joan Berkhemer over de invloed van de tijdsgeest op het musiceren
Zaterdag 13 oktober organiseerden we in Amsterdam onze Herfstbijeenkomst! Rondom het CSS thema schoonheid was Joan Berkhemer te gast, een vooraanstaand violist en componist verbonden aan de Mokum Symphony. In wat zowel een lezing als een huiskamerconcert was, liet hij ons de invloed van de tijdgeest op het musiceren zien. .
Klik hier in zijn geheel via YouTube opnieuw volgen de vlog die we van het evenement hebben gemaakt! Scroll naar beneden voor een verslag van wat er is besproken!
Wat hebben we besproken?
Hoe verandert de muziekbeleving door de tijd heen? Wat is de invloed van de tijdgeest, wat komt voort uit de onveranderlijke menselijke conditie? Wat gaat, wat blijft? Dat zijn de grote vragen die deze middag besproken zijn. We hebben ons met name gericht op de overgang van het vooroorlogse naar het naoorlogse klassieke musiceren, de overgang van een vrijere, meer emotionele muziekbeleving naar een meer formele uitvoering.
Als we luisteren naar historische opnames, zoals de eerste opnames van Beethoven uit de 19e eeuw, horen we dat muziek destijds heel anders werd gespeeld dan tegenwoordig, met lossere ritmes en veel gevoel voor dramatiek en emotie. Sterker nog, volgens de overlevering speelde Beethoven zelf zijn eigen muziek nog veel vrijer, met soms wel 26 tempowisselingen in één stuk. Denk ook aan opnames van vooroorlogse uitvoerders als de grote sopraan Elisabeth Schumann en de Ierse bariton Henry Plunket. Door kleine wisselingen van tempo, het vertragen of versnellen van de muziek op gepaste tijden, brengt deze muziek nieuwe emoties tot leven.
Een belangrijke component in dit vrijere, meer romantische musiceren, was de nauwe verbinding tussen het instrumentale musiceren en het zingen - men speelde zoals gezongen werd. Als je stemmen hoort uit de tijd van de eerste geluidsopnames wordt meteen een verschil duidelijk met nu: men sprak anders, men zong anders. Opnames van een speech van Colijn, de volkszanger Bob Scholte, en de tenor Joseph Schmidt kunnen dit illustreren. Hoe het spelen verbonden was met het zingen hoor je bijvoorbeeld terug in een duet van tenor Enrico Caruso met violist Mischa Elman. In hun Elegie van Massenet is dezelfde gevoelige emotie te horen, dezelfde vrijheid van timing, en een stem- en viooltechniek gericht op het verbinden en inkleuren van noten.
Na de tweede wereldoorlog veranderde deze stijl van spelen. Het hedendaagse muziek maken wordt gekenmerkt door de afwezigheid van tempowisselingen: uitvoeringen kunnen naast een metronoom worden gelegd. Tempowisselingen zouden maar slordig zijn, en indruisen tegen de bedoeling van de componist. Ook is de koppeling tussen de zang en het instrumentale musiceren niet meer vanzelfsprekend - emotie wordt geacht uit de muziek zelf te komen, en is minder verbonden met de zang. De muziekuitvoering is hierdoor weliswaar ‘strakker’ geworden, maar heeft wellicht iets van zijn menselijkheid en doorleefdheid verloren. Intussen is deze nieuwe stijl niet eens meer alleen een kwestie van voorkeur: de kennis en kunde die nodig zijn voor de vooroorlogse stijl van spelen zijn in Nederland zo goed als verloren gegaan.
Wat mogen we concluderen?
Na de tweede wereldoorlog heeft een veranderende tijdgeest het musiceren geformaliseerd en daarmee aan emotie doen verliezen. Dit is echter geen dwingend proces, en hoeft niet onomkeerbaar te zijn. Het Mokum Symphony van Berkhemer probeert verandering te brengen, en vindt inspiratie in de vooroorlogse manier van spelen. Het is niet zijn bedoeling om een nieuwe, rigide dogmatiek te introduceren of om weer precies zo te musiceren als honderd jaar geleden—je kan de tijd immers niet terugdraaien. Wel probeert hij het moderne muziekleven te verrijken met inzichten uit die periode. Dit is goed mogelijk—ook in andere kunstvormen, zoals de poëzie en de architectuur, is men er in geslaagd elementen uit het verleden succesvol te herintroduceren. De ultieme bevestiging hiervan werd ons gebracht in het pianospel van Berkhemer zelf, in zijn bezielde en heldere uitvoering van Beethovens Maanlichtsonate. Zo toonde Berkhemer niet alleen in zijn presentatie maar ook in zijn spel aan dat de formule die hij en zijn Mokum Symphony hebben gekozen werkt, en een verrijking is voor de Nederlandse muziekwereld.