Op zaterdag 28 mei was de Vlaamse jurist en auteur Frank Judo onze Salongast. In Hotel Karel V in Utrecht werd hij door Dr. Frans Willem Lantink geïnterviewd over zijn boek Het bewaren waard. Wandelen door een conservatisme langs 21 misverstanden.Zoals die titel al verraadt, ging het gesprek met name over de visie van Judo op het conservatisme en welke misverstanden er volgens hem in het publieke debat over het conservatisme bestaan. Na het interview was er ruimte voor het stellen van vragen.
Wat hebben we besproken?
Vandaag de dag is het beeld dat in de publieke opinie bestaat over het conservatisme min of meer het omgekeerde van ongeveer honderd jaar geleden. Vraag een willekeurige passant naar de kenmerken van conservatief gedachtegoed en hij zal waarschijnlijk zeggen dat conservatieve partijen willen optreden tegen ‘de elite.’ Daarnaast zou de hedendaagse conservatief de democratie boven de rechtsstaat plaatsen en de natiestaat als belangrijkste bestuurlijke eenheid zien. Deze denkbeelden zijn tegengesteld aan bijvoorbeeld die van Metternich, die geldt als één van de voornaamste vertegenwoordigers van het conservatieve denken van zijn tijd.
Conservatief denken wordt bovendien al te vaak te sterk gepolitiseerd, ook door conservatieven zelf. Uiteraard hecht een conservatief waarde aan goed politiek bestuur, maar het afdwingen van maatschappelijke verandering via de politiek is in strijd met het conservatieve gedachtegoed. Het conservatisme wil daarentegen veeleer een kader bieden voor het leven van de gewone man, die daarmee vorm geeft aan de maatschappij als geheel. Daarbij is het conservatisme niet tegen verandering, maar staat het voor ingekaderde ontwikkeling die de maatschappij ten goede komt. In die zin is het in wezen contrarevolutionair: het staat geen conservatieve revolutie voor, maar wil het tegenovergestelde zijn van revolutie.
Een conservatieve notie die sterker aanwezig zou moeten zijn in het denken is het besef dat de mens feilbaar is. Dit besef stemt tot nederigheid en daarom past het de conservatief om niet dogmatisch met het verleden om te gaan. Het is niet de macht die de mens corrumpeert; het corrupte zit al in de mens. Bij conservatieven zelf is deze feilbaarheid de afgelopen halve eeuw volgens sommigen bijvoorbeeld tot uiting gekomen in de gebrekkige aandacht voor duurzaamheid en natuurbehoud, uitzonderingen zoals Roger Scruton daargelaten. Ook zouden conservatieven het secularisme al te radicaal hebben omarmd om een weerwoord te bieden aan de vermeende islamisering van het Westen.
Wat mogen we concluderen?
Over het conservatisme bestaan misverstanden, zowel bij de voor- als tegenstanders ervan. Het zou het conservatieve denken ten goede komen als de voorstanders zich blijven vormen en met elkaar in debat blijven gaan over de fundamentele vraagstukken. Omdat de mens inherent feilbaar is, zouden conservatieven zich niet moeten vasthouden aan geïdealiseerde beelden van het verleden, maar ook geen utopieën moeten schetsen voor de toekomst. Bovenal draait het conservatisme over behoud van dat wat goed is en om die reden het bewaren waard.